Vroeger speelden kinderen vooral buiten met eenvoudige middelen zoals knikkers, touwtjespringen en verstoppertje. Ze creƫerden hun eigen avonturen in de natuur, bouwden hutten en verzonnen spelletjes samen met vriendjes uit de buurt. Fysieke activiteit en sociale interactie stonden centraal in hun speelmomenten.

Vandaag de dag speelt technologie een grote rol in het leven van kinderen. Ze brengen veel tijd door met videogames, tablets en smartphones, vaak binnenshuis en alleen. Hoewel digitale spellen creativiteit en probleemoplossend denken kunnen stimuleren, missen kinderen soms de spontane, fysieke en sociale ervaringen die vroeger zo vanzelfsprekend waren. Het speelgedrag is daardoor sterk veranderd.
In de lente trokken kinderen vaak naar vijvers en slootjes, gewapend met glazen potten en een grote nieuwsgierigheid. Ze speurden het water af naar kleine wezens die ze voorzichtig opschepten en thuis bewonderden. Deze activiteit bracht hen dichter bij de natuur en leerde hen over groei en verandering. Het was een eenvoudige, maar magische manier om de wereld te ontdekken.
Vroeger was het een geliefde kinderactiviteit om naar de dichtstbijzijnde vijver of sloot te gaan en kikkervisjes te verzamelen. Met glazen potten of oude jamblikjes trokken ze eropuit om de kleine, glibberige wezens op te scheppen. Dit eenvoudige spel was niet alleen spannend, maar ook leerzaam; kinderen konden de transformatie van kikkervisje tot kikker van dichtbij volgen.
Het verzamelen gebeurde vaak in groepen, waardoor het ook een sociale ervaring was. Samen ontdekken, lachen en verwonderd raken over de natuur zorgde voor een sterke band met de omgeving. Deze activiteit bracht een gevoel van avontuur met zich mee en maakte kinderen nieuwsgierig naar de wereld om hen heen.