De halvering van het eigen risico, de meest in het oog springende zorgbelofte van het kabinet Schoof en de PVV, schuift op de lange baan. Minister van Volksgezondheid Jan Anthonie Bruijn (VVD) laat weten dat het wetsvoorstel pas ná de verkiezingen naar de Tweede Kamer gaat. Daarmee is onzeker geworden of de geplande ingangsdatum van 2027 wordt gehaald, zoals het coalitieakkoord aanvankelijk beoogde.
Die vertraging zet druk op een belofte die in de campagne van 2023 politiek symbool werd voor betaalbare en toegankelijke zorg. Terwijl kiezers rekenen op duidelijkheid, strandt het dossier voorlopig in procedurele hobbels, adviesrondes en veranderlijke politieke verhoudingen.
Politieke belofte dreigt te wankelen
Het eigen risico bepaalt welk deel van de zorgkosten mensen eerst zelf betalen voordat de verzekering vergoedt. Dat bedrag staat nu op 385 euro per jaar. Tijdens de verkiezingen beloofde PVV-leider Geert Wilders de volledige afschaffing, maar in de formatie werd een compromis gesloten: vanaf 2027 zou het eigen risico worden gehalveerd naar 165 euro per jaar.
Dat compromis gaf coalitiepartijen ruimte om elkaar te vinden, zonder de begroting direct zwaar te belasten. Toch bleek uitvoering minder rechttoe rechtaan. Waar de politieke wens helder was, bleken de effecten op premies, koopkracht en zorggebruik complexer dan gehoopt.
Hoe de halvering tot stand kwam
De afspraak om te halveren kwam voort uit de kritiek dat mensen zorg mijden uit kostenoverweging. Door de drempel te verlagen, zouden patiënten eerder naar de dokter gaan. Voorstanders benadrukten dat dit op de lange termijn gezondheid kan besparen en latere zorgkosten kan beperken. Critici waarschuwden voor hogere instroom in het zorgsysteem, met extra druk op personeel en wachtlijsten.
Fleur Agema, destijds PVV-minister van Volksgezondheid, kreeg de taak het plan te realiseren. Zij zette de voorbereiding in gang, maar het wetstraject kwam niet tot afronding voordat zij vertrok. De verantwoordelijkheid ligt nu bij minister Bruijn.
Zorgen binnen de pvv
Agema uit openlijk haar zorgen over het tempo. “Ik vraag me wel af waar de wet nu blijft. Want je moet wel een beetje vaart maken om die deadline van 2027 te kunnen halen,” zegt ze tegen RTL Nieuws. De tijdslijnen zijn krap: zonder snelle besluitvorming wordt de uitvoerbaarheid per 2027 onzeker.
De teleurstelling is voelbaar bij de PVV. Agema baalt dat de grote belofte niet binnen haar ministerschap is binnengehaald. “Het waren de vier partijleiders die besloten hebben op te houden. En ik stond erbij en ik keek ernaar.” Volgens haar had de halvering kunnen slagen als de formatie langer had geduurd: “Jazeker, want ik heb alles op koers gehouden.”
Waarom het wetstraject stokt
Minister Bruijn wijst op aanvullende vragen van de Raad van State. Het voorstel behoeft verduidelijking op cruciale punten, zoals de verdeling van kosten en de effecten op verschillende inkomensgroepen. “Het wetsvoorstel wordt binnenkort voorgelegd aan de ministerraad en kan daarna worden aangeboden aan de Tweede Kamer,” zegt Bruijn. Pas na die stappen kan de Kamer er inhoudelijk over debatteren en besluiten.
Die volgorde betekent dat de politieke besluitvorming samenvloeit met de verkiezingskalender. Nieuwe machtsverhoudingen in de Kamer kunnen de uitkomst beïnvloeden, zowel inhoudelijk als in tempo.
Steun en tegenstand in de kamer
Op dit moment staat een Kamermeerderheid in principe achter de halvering. PVV, GroenLinks-PvdA, BBB, SP, DENK, Partij voor de Dieren en FVD willen het eigen risico naar 165 euro, of zelfs naar nul. D66, ChristenUnie, NSC en SGP willen het huidige bedrag van 385 euro handhaven. Aan de andere kant pleiten VVD, CDA, JA21 en Volt juist voor een verhoging naar 440 euro.
CDA-leider Henri Bontenbal verwoordt de zorg bij tegenstanders: “Het lijkt sympathiek, maar uiteindelijk zal de zorgvraag toenemen. En als het personeelstekort in de zorg al groot is, vergroot je dat probleem alleen maar. Daarom vinden wij dit onverstandig.”
Verdeling van de kosten en effecten
De Raad van State waarschuwt voor onbedoelde effecten. Bij een halvering van het eigen risico stijgt de zorgpremie naar verwachting met circa 200 euro per jaar. De regering wil dat compenseren via lagere inkomstenbelasting, maar volgens het adviesorgaan pakt dat ongunstig uit voor gezonde mensen met een laag inkomen. Zij kunnen per saldo duurder uit zijn dan nu.
Juist die neerwaartse bescherming van lage inkomens is politiek gevoelig. Voorstanders van verlaging willen de drempel naar zorg omlaag, tegenstanders wijzen op koopkracht en rechtvaardigheid tussen groepen. Die spanning maakt het voor de minister complexer om het wetsvoorstel snel en breed gedragen af te ronden.
Zorg versus defensie
De strijd om budgetten speelt op de achtergrond nadrukkelijk mee. Verschillende partijen willen de groei van de zorguitgaven temperen om ruimte te maken voor defensie, mede vanwege de NAVO-norm. Oud-minister Agema verzet zich daar fel tegen: “Veel partijen zien het als een perfecte pot met geld om uit te pakken voor de NAVO-norm. Maar stel je voor dat er echt een oorlogsdreiging is, dan hebben we toch met z’n allen de zorg nodig?”
Ook GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans schaart zich achter verlaging, om zorgmijding tegen te gaan. “Door het halveren van het eigen risico is er veel minder een drempel voor mensen om medische zorg te zoeken als het nodig is,” aldus Timmermans. Het debat raakt dus zowel de portemonnee van burgers als de strategische keuzes van de overheid.
Wat dit betekent voor 2027
Dat het wetsvoorstel pas na de verkiezingen naar de Kamer gaat, maakt de planning krap. Zelfs bij snelle behandeling is uitvoering per 2027 afhankelijk van tijdige goedkeuring, uitwerking en implementatie bij verzekeraars. Bovendien kan een nieuwe politieke samenstelling het plan wijzigen, afzwakken of juist verbreden.
Voor verzekerden betekent het voorlopig vooral onzekerheid. Zij weten pas na de politieke besluitvorming wat er daadwerkelijk verandert aan het eigen risico en de premie. De combinatie van premiewijzigingen, fiscale compensatie en mogelijke aanvullende maatregelen maakt het lastig om nu al te voorspellen wie erop vooruitgaat en wie niet.
Vooruitblik
De komende maanden staan in het teken van procedure en politiek. Eerst volgt de ministerraad, dan het adviestraject en vervolgens het Kamerdebat. Intussen woedt de bredere discussie over prioriteiten: betaalbare zorg, krapte op de arbeidsmarkt, en de vraag hoeveel ruimte de begroting biedt met het oog op defensie en koopkracht.
Of de belofte van een lager eigen risico in 2027 wordt waargemaakt, hangt dus af van nieuwe politieke keuzes én een strak wetstraject. De inzet is hoog, de marges klein. Wordt vervolgd. Wat vindt u: moet het eigen risico omlaag, gelijk blijven of omhoog? Deel uw mening via onze sociale media.
Bron: menszine.nl





