Na jarenlang werken verwachten veel mensen een zekere oude dag met een stabiel inkomen. Toch komt het vaak voor dat een oud-collega aanzienlijk meer pensioen ontvangt dan een ander. Dat voelt vreemd en soms oneerlijk, maar er zijn duidelijke oorzaken. Zowel de AOW als het werkgeverspensioen worden beïnvloed door persoonlijke omstandigheden, regels en keuzes uit het verleden.
Hoe de AOW kan verschillen
De Algemene Ouderdomswet (AOW) vormt voor miljoenen Nederlanders de basis van hun pensioen. Hoewel het bedrag vaak wordt gezien als een vast bedrag voor iedereen, zijn er flinke verschillen. Factoren zoals de gezinssituatie en de loonheffingskorting spelen een grote rol in wat er daadwerkelijk maandelijks op de rekening verschijnt.
Wie samenwoont of getrouwd is, ontvangt een lager bedrag per persoon dan iemand die alleen woont. Daarbij maakt het toepassen van de loonheffingskorting een groot verschil. Dit leidt ertoe dat mensen met een vergelijkbare loopbaan toch een totaal ander bedrag krijgen uitgekeerd.
AOW-bedragen in verschillende situaties
Vanaf 1 januari 2025 zijn de netto bedragen als volgt vastgesteld. Deze voorbeelden laten zien hoe groot de verschillen zijn:
AOW-bedrag samenwonend mét loonheffingskorting
Bruto AOW: €1.081,50
Loonheffing: €0,00
Bijdrage Zvw (5,26%): €56,88
Netto AOW: €1.024,62
Bruto vakantiegeld: €73,18
AOW-bedrag samenwonend zónder loonheffingskorting
Bruto AOW: €1.081,50
Loonheffing: €193,50
Bijdrage Zvw (5,26%): €56,88
Netto AOW: €831,12
Bruto vakantiegeld: €73,18
AOW-bedrag alleenstaand mét loonheffingskorting
Bruto AOW: €1.580,92
Loonheffing: €0,00
Bijdrage Zvw (5,26%): €83,15
Netto AOW: €1.497,77
Bruto vakantiegeld: €102,46
AOW-bedrag alleenstaand zónder loonheffingskorting
Bruto AOW: €1.580,92
Loonheffing: €283,00
Bijdrage Zvw (5,26%): €83,15
Netto AOW: €1.214,77
Bruto vakantiegeld: €102,46
Deze tabellen maken duidelijk dat twee oud-collega’s met een ogenschijnlijk gelijke carrière tóch heel verschillende bedragen kunnen ontvangen.
Minder AOW door verblijf in het buitenland
Niet iedereen heeft recht op een volledig AOW-pensioen. Voor elk jaar dat iemand tussen zijn 15e en 67e buiten Nederland verzekerd was, wordt de uitkering met 2% gekort. Wie bijvoorbeeld tien jaar in het buitenland woonde of werkte, ontvangt daardoor 20% minder AOW.
De Sociale Verzekeringsbank (SVB) biedt een overzicht van ieders persoonlijke opbouw. Dat geeft snel duidelijkheid over de verwachte uitkering en eventuele tekorten.
Aanvullend pensioen via de werkgever
Naast de AOW bouwen veel Nederlanders aanvullend pensioen op via de werkgever. Hier ontstaan vaak de grootste verschillen. Pensioenopbouw is meestal gekoppeld aan salaris en het aantal gewerkte uren. Hogere inkomens en voltijdwerkers bouwen meer rechten op.
Ook de regeling zelf maakt uit. Oudere generaties profiteerden vaak van een eindloonregeling, waarbij het laatstverdiende salaris bepalend was. Jongere werknemers vallen veelal onder een middelloonregeling, die gemiddeld minder oplevert. Dit kan resulteren in duizenden euro’s verschil per jaar.
Invloed van arbeidsongeschiktheid
Arbeidsongeschiktheid speelt eveneens een rol. Vaak nam het pensioenfonds de premiebetaling gedeeltelijk over, maar meestal tegen een lager bedrag. Collega’s die gewoon doorwerkten kregen intussen salarisverhogingen en promoties, wat hun pensioenopbouw verder versterkte.
Het gevolg is dat mensen die te maken kregen met arbeidsongeschiktheid vaak minder pensioen ontvangen dan collega’s zonder onderbreking in hun loopbaan.
Aanvullende regelingen en persoonlijke keuzes
Naast AOW en werkgeverspensioen zijn er mensen die zelf extra spaarden of belegden via een lijfrente of individuele pensioenrekening. Zulke keuzes hebben een grote invloed op de uiteindelijke hoogte van het pensioen.
Ook deeltijdwerk, loopbaanonderbrekingen en persoonlijke beslissingen dragen bij aan de verschillen. Daardoor kan het gebeuren dat twee mensen die tegelijk bij hetzelfde bedrijf begonnen, na hun pensionering toch een heel verschillend inkomen hebben.
Waarom pensioenverschillen logisch zijn
Wanneer iemand ontdekt dat een oud-collega meer ontvangt, voelt dat soms oneerlijk. Toch heeft dit zelden te maken met onrecht of willekeur. Het pensioen wordt bepaald door gezinssituatie, belastingregels, dienstjaren, pensioenregelingen en persoonlijke keuzes.
Het is daarom verstandig om regelmatig inzicht te krijgen in de eigen situatie via Mijnpensioenoverzicht.nl en de SVB. Zo ontstaat een realistisch beeld van de toekomstige uitkering en kan waar nodig actie worden ondernomen.
Vooruitkijken naar de toekomst
De pensioenregels zijn voortdurend in beweging. Met de nieuwe Wet toekomst pensioenen verandert de manier van opbouw en verdeling. Dit zorgt voor meer flexibiliteit, maar ook voor nieuwe onzekerheden.
Voor werknemers betekent dit dat het nog belangrijker wordt om goed zicht te houden op de eigen pensioenpositie en zo nodig aanvullende maatregelen te treffen. Sectoren en werkgevers maken verschillende afspraken, waardoor de verschillen alleen maar groter kunnen worden.
Pensioen is uiteindelijk een weerspiegeling van iemands werkzame leven én de keuzes die onderweg zijn gemaakt. Vroeg sparen, extra beleggen of juist deeltijd werken: het zijn allemaal factoren die de uitkomst beïnvloeden.
Vergelijken met een oud-collega kan soms confronterend zijn, maar het laat vooral zien dat pensioen nooit één-op-één gelijk is. Het is een optelsom van omstandigheden en beslissingen.
De conclusie is dat verschillen in pensioen vaak logisch te verklaren zijn. Ze ontstaan door gezinssituatie, fiscale regelingen, loopbaanverloop en persoonlijke keuzes. Toch blijft de vraag: zouden de regels eerlijker en gelijker moeten zijn, of horen deze verschillen bij het leven zoals het is? Deel jouw mening en praat mee op onze Facebookpagina.
Bron: Geldzaken.nl