Reizen met het openbaar vervoer wordt voor veel Nederlanders steeds onbetaalbaarder. Om deze groeiende kloof te dichten, heeft het kabinet een nieuwe maatregel aangekondigd: een speciale ov-pas die honderdduizenden gezinnen met een laag inkomen gratis of tegen lage kosten laat reizen. Deze stap moet de toegankelijkheid vergroten en uitsluiting tegengaan.

Minister Barry Madlener en staatssecretaris Chris Jansen benadrukken dat de ov-pas een brug slaat naar meer maatschappelijke participatie. Dankzij deze regeling kunnen mensen met een minimuminkomen makkelijker familie bezoeken, vrienden opzoeken en belangrijke voorzieningen zoals ziekenhuizen bereiken. Zo wordt hun bestaanszekerheid versterkt in een tijd waarin kosten overal de pan uit rijzen.
De timing van deze nieuwe maatregel is geen toeval. Vanaf 2026 stijgen de prijzen van ov-kaartjes voor bus en tram naar verwachting met maar liefst 15 tot 20 procent. Ook treinkaartjes zullen duurder worden. Tegelijkertijd wordt er bezuinigd op het openbaar vervoer, wat de druk op reizigers en vervoersbedrijven verder verhoogt.
Voor gezinnen met een lager inkomen biedt de ov-pas straks broodnodige verlichting. Echter, voor de overige reizigers betekent het dat reizen fors duurder wordt. Vooral vervoersbedrijven uiten hun zorgen. Zij hadden liever gezien dat het kabinet meer had geïnvesteerd in betaalbare mobiliteit voor iedereen, zodat het openbaar vervoer aantrekkelijk en toegankelijk bleef.
Onder andere de Nederlandse Spoorwegen (NS) reageerden teleurgesteld op het uitblijven van extra overheidssteun. Hatte van der Woude, voorzitter van brancheorganisatie OV-NL, waarschuwt dat het openbaar vervoer langzaam maar zeker wordt uitgehold. Hogere prijzen jagen reizigers weg, waardoor inkomsten dalen en het aanbod verder onder druk komt te staan.
De stijgende prijzen maken dat steeds minder mensen een treinkaartje of busticket kunnen betalen. Hierdoor krimpen de inkomsten van vervoersbedrijven, wat leidt tot minder investeringen in service en bereikbaarheid. De ov-pas voor lage inkomens is daarom weliswaar een belangrijke stap, maar absoluut geen allesomvattende oplossing voor de structurele problemen binnen het openbaar vervoersnetwerk.
Om te voorkomen dat het openbaar vervoer verder afglijdt, zou een bredere aanpak nodig zijn. Investeringen in infrastructuur, meer subsidie voor vervoerders en een beter tariefbeleid kunnen bijdragen aan een toekomstbestendig systeem waar iedereen gebruik van kan blijven maken. Alleen door slimme en inclusieve maatregelen blijft reizen met bus, tram of trein voor iedereen haalbaar.
Met deze ov-pas zet het kabinet een positieve stap richting sociale rechtvaardigheid. Tegelijkertijd mogen de bredere problemen niet uit het oog worden verloren. Een sterk, betaalbaar openbaar vervoer is essentieel voor een leefbaar Nederland, waarin iedereen mee kan doen.
Wat vind jij? Zou gratis openbaar vervoer niet voor iedereen toegankelijk moeten zijn? Praat mee en deel jouw mening op onze Facebookpagina!