Geert Wilders heeft als lijsttrekker meer persoonlijke stemmen behaald dan zijn D66-tegenhanger Rob Jetten, ondanks dat D66 als partij de grootste werd. Wilders verzamelde ruim 1,66 miljoen voorkeurstemmen, Jetten iets meer dan 1,2 miljoen. Ook CDA-leider Henri Bontenbal wist meer dan 1 miljoen kiezers achter zich te krijgen. De cijfers onderstrepen hoe groot de individuele aanhang van sommige lijsttrekkers is, los van de uiteindelijke partijuitslag.
Koplopers bij de persoonlijke stemmen
Wilders is de grootste stemmentrekker onder de lijsttrekkers. Bijna 95 procent van de PVV-stemmers koos expliciet voor zijn naam. Dat is in lijn met de unieke structuur van de PVV: Wilders is het enige lid en fungeert als onbetwist boegbeeld van de partij. Rob Jetten kreeg bijna 68 procent van alle D66-stemmen op zijn naam. Daarmee behoort hij tot de lijsttrekkers die een groot deel van de partijachterban persoonlijk weten te binden.
Opvallend is dat de persoonlijke populariteit niet één-op-één samenvalt met de partijuitslag. D66 eindigde als grootste partij, terwijl Wilders als persoon de meeste voorkeurstemmen kreeg. Het illustreert het Nederlandse kiesstelsel, waarin kiezers primair op een partij stemmen, maar binnen die lijst een kandidaat kunnen kiezen die vervolgens dankzij voorkeurstemmen extra gewicht kan krijgen.
Methodiek en ontbrekende kieskring
De nu bekende aantallen zijn gebaseerd op de uitslagen uit negentien van de twintig kieskringen, plus de tellingen van het nationaal briefstembureau voor Nederlanders in het buitenland. De enige ontbrekende schakel is de kieskring Bonaire, waar Bonaire, Sint-Eustatius en Saba onder vallen. In deze drie bijzondere gemeenten samen zijn ruim 18.000 kiesgerechtigden; volgens de voorlopige tellingen hebben ongeveer 3.800 van hen daadwerkelijk gestemd. De Kiesraad stelt vrijdag de definitieve uitslag vast. De verwachting is dat de nog ontbrekende stemmen het beeld niet fundamenteel zullen veranderen, maar ze kunnen wel kleine verschuivingen in de rangschikking van individuele kandidaten veroorzaken.
Vergelijking met 2023
In perspectief van de vorige Kamerverkiezingen verschuiven de persoonlijke krachtsverhoudingen. Wilders kreeg toen ruim 2,2 miljoen stemmen; nu komt hij uit op circa 1,66 miljoen. Dat is een daling van ongeveer 25 procent. Jetten daarentegen ging van 437.000 stemmen in 2023 naar iets meer dan 1,2 miljoen nu, een stijging van circa 176 procent. Het geeft aan dat Jetten als gezicht van D66 een duidelijke groei doormaakt in persoonlijke aanhang, terwijl Wilders, ondanks zijn status als meest gekozen kandidaat, een deel van zijn eerdere piek heeft ingeleverd.
Lijsttrekkers die minder dan de helft trokken
Niet elke partijleider is de dominante stemmentrekker binnen de eigen partij. Vier lijsttrekkers van partijen die in de Tweede Kamer vertegenwoordigd zijn, kregen minder dan de helft van de partijstemmen op hun naam. Onder hen is Frans Timmermans van GroenLinks-PvdA: hij ontving ongeveer 520.000 persoonlijke stemmen, terwijl de andere kandidaten samen bijna 832.000 keer werden aangekruist. Dat betekent dat ruim 38 procent van de kiezers die voor GroenLinks-PvdA kozen op Timmermans stemde, en bijna 62 procent op een andere kandidaat. Na tegenvallende exitpolls—waarin zijn partij vijf zetels verloor—kondigde Timmermans zijn vertrek aan.
Ook VVD-lijsttrekker Dilan Yeşilgöz bleef onder de helft van de partijstemmen. Zij kreeg ruim 690.000 persoonlijke stemmen, terwijl de overige VVD-kandidaten samen op ruim 814.000 voorkeursstemmen uitkwamen. Dat wijst op een breder gedragen kandidatenlijst, waarin meerdere prominente namen een aanzienlijk aandeel van de voorkeurstemmen weten te trekken.
Opvallende voorkeurstemmen per partij
Bij de VVD springen twee namen eruit: nummer vier Vincent Karremans kreeg ruim 329.000 stemmen, en nummer drie Ruben Brekelmans bijna 167.000. Daarmee zijn zij de populairste niet-lijsttrekkers van deze verkiezingen. Zulke uitschieters kunnen binnen een fractie invloed hebben op zichtbaarheid, portefeuilleverdeling en interne machtsverhoudingen.
Bij de BBB stemde bijna 44 procent van de achterban op partijleider Caroline van der Plas. Op nummer twee, Mona Keijzer, stemde bijna 40 procent. Dat duidt op een lijst die niet uitsluitend afhankelijk is van de lijsttrekker; de nummer twee is binnen de BBB eveneens een electoraal zwaargewicht.
Volt-leider Laurens Dassen kreeg ongeveer 47 procent van de stemmen die op zijn partij werden uitgebracht. Voor een relatief jonge partij is dat een stevige persoonlijke score, maar het laat tegelijk ruimte voor andere kandidaten om zichtbaar te blijven en met voorkeurstemmen een eigen mandaat op te bouwen.
Hoe voorkeurstemmen het politieke spel kleuren
Het Nederlandse systeem van evenredige vertegenwoordiging met open lijsten geeft kiezers de mogelijkheid om niet alleen een partij maar ook een specifieke kandidaat te steunen. Wie de voorkeursdrempel passeert, kan op basis van persoonlijke stemmen de eigen positie in de Kamer veiligstellen of verbeteren, ook als die kandidaat lager op de lijst staat. Dat mechanisme verklaart waarom populaire niet-lijsttrekkers, zoals Karremans en Brekelmans bij de VVD, zo’n groot verschil kunnen maken in de uiteindelijke samenstelling en dynamiek van een fractie.
Voor partijleiders biedt een hoge persoonlijke score legitimiteit in onderhandelingen en in het publieke debat. Tegelijkertijd kan een breder gespreide voorkeurstemmencurve binnen een partij juist duiden op een solide team met meerdere zwaargewichten. Die balans is belangrijk bij het vormen van een effectief parlementair team en bij toekomstige kabinetsonderhandelingen.
Wat betekent dit voor de politieke verhoudingen?
De constatering dat Wilders als persoon de meeste stemmen haalde, terwijl D66 de grootste partij werd, is veelzeggend. Het laat zien dat persoonlijke populariteit en partijgrootte niet automatisch samenvallen. Voor D66 kan de sterke persoonlijke score van Jetten bijdragen aan het leiderschap in eventuele formatiegesprekken. Voor de PVV bevestigt de uitslag de centrale rol van Wilders als gezicht van de partij, wat consistent is met de structuur en campagnevoering van de beweging.
Bij GroenLinks-PvdA en de VVD tekent zich een ander beeld af: daar verdeelden kiezers hun voorkeuren nadrukkelijker over meerdere namen. Dat kan positief uitpakken voor de interne vernieuwing en het draagvlak in de fractie, zeker nu bij GroenLinks-PvdA met het vertrek van Timmermans een nieuwe fase aanbreekt. Intussen blijven andere partijen, zoals BBB en Volt, profiteren van herkenbare leiders, met tegelijk ruimte voor sterke tweede en derde kandidaten.
Vervolg en afronding
Vrijdag stelt de Kiesraad de definitieve uitslag vast, inclusief de stemmen uit de kieskring Bonaire en de briefstemmen die al zijn meegeteld. Kleine verschuivingen zijn nog mogelijk, maar de grote lijnen liggen vast: Wilders is de grootste individuele stemmentrekker, Jetten maakt een opmerkelijke sprong vooruit, en enkele partijen laten zien dat hun lijst breed gedragen wordt door de kiezers. Wilders blijft ondertussen prominent aanwezig in het publieke debat en was recent te gast bij Vandaag Inside—een teken dat ook buiten de stembus de strijd om aandacht en invloed doorgaat.
Samenvattend: persoonlijke stemmen kleuren de machtsverhoudingen binnen partijen en geven een extra laag aan de interpretatie van de verkiezingsuitslag. Met de definitieve vaststelling in aantocht verschuift de aandacht naar formatie, fractievorming en de vraag welke gezichten in de Tweede Kamer het debat gaan domineren. Wat vond jij van de uitslag en de opvallendste stemmentrekkers? Laat je reactie achter via onze sociale media.
Bron: vandaaginside.nl





